De Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) heeft bij brief van 7 juni 2017 een verzoek ingediend om de ruimtelijke reservering in het Programma ruimte voor de Trampluslijn in Ridderkerk, de zogenaamde Ridderkerklijn, op te heffen.
De ruimtelijke reservering is in 2011, op verzoek van de toenmalige Stadsregio Rotterdam, opgenomen in het provinciaal beleid. Uit onderzoek uit januari 2017 van Goudappel Coffeng is gebleken dat de beoogde verlengde tramlijn vandaag de dag minder effectief zal zijn dan waar destijds van uit werd gegaan. Bovendien zijn er volgens de MRDH mogelijkheden om het busvervoer in Ridderkerk aanzienlijk te verbeteren. Inmiddels is een traject ingezet om te komen tot een hoogwaardige busnetstructuur. Opheffing van de ruimtelijke reservering is volgens de MRDH tevens wenselijk opdat de gemeente Ridderkerk vol kan inzetten op de revitalisering van het centrumgebied.
Beoordeling
De provincie wil de ruimtelijke reservering op dit moment niet laten vervallen. Het zou vrijwel onmogelijk zijn de reservering opnieuw in te stellen nadat hij eenmaal is vervallen. Daarom hecht de provincie aan een zorgvuldige afweging. Het tot nu toe gehouden onderzoek van Goudappel Coffeng geeft voor de provincie niet voldoende onderbouwing om de ruimtelijke reservering te laten vervallen. Volgens het onderzoek is naast een tramverbinding het bijvoorbeeld ook mogelijk om de ruimtelijke reservering voor een busverbinding te benutten. In het onderzoek naar de hoogwaardige busnetstructuur kan daarom ook de ruimtelijke reservering worden betrokken. Verder lopen op dit moment nog diverse trajecten, waardoor het op dit moment nog niet duidelijk is hoe het openbaar vervoer in de omgeving Rotterdam – Ridderkerk – Drechtsteden eruit zal zien en wat gewenste ontwikkelingen zullen zijn. Zo is een visie op het openbaar vervoer in Rotterdam in ontwikkeling en loopt de aanbesteding van het openbaar vervoer in de concessie Drechtsteden Alblasserwaard Vijfheerenlanden (DAV).
Wijziging VRM
Dit leidt niet tot wijziging van de visie, het programma of de verordening.
De volledige tekst uit het 1e ontwerp van de Wijziging 2018 van de Visie ruimte en mobiliteit is:
A14 Gemeente Ridderkerk A14-1 Ridderkerklijn
Bij brief van 31 oktober 2017 heeft de gemeente Ridderkerk verzocht om de Ridderkerklijn te laten vervallen als ruimtelijke reservering voor een railverbinding. Ook de MRDH heeft dit verzoek gedaan bij brief van 7 juni 2017. Het verzoek is door de provincie afgewezen. Het antwoord van de provincie wijkt af van de reactie die de provincie heeft gegeven op de Omgevingsvisie Ridderkerk. Hierin is namelijk aangegeven dat een ruimtelijke reservering niet nodig is om een snelle railverbinding in de toekomst mogelijk te maken tussen Ridderkerk en Rotterdam. Een snel tracé via bijvoorbeeld de Rotterdamseweg blijft altijd mogelijk, omdat hier voldoende ruimte beschikbaar is. In de reactie van de provincie is wel een voorbehoud gemaakt voor besluitvorming op bestuurlijk niveau.
Samen met de MRDH en de RET is de gemeente een traject gestart om te komen tot een nieuwe HOVbusverbinding. De gemeente reserveert hiervoor middelen in de begroting.
Het tramtracé heeft bij geen enkel bestuursorgaan prioriteit en er zijn geen middelen voor beschikbaar. Wil een tramtracé inpasbaar zijn dan moet onder andere een groot internationaal bedrijf (Trelleborg) verplaatst worden. Uit onderzoek van Goudappel Coffeng is gebleken dat de beoogde tramverbinding vandaag de dag veel minder effectief zal zijn dan eerder werd verondersteld. Het rapport is mede op het verzoek van de provincie opgesteld. Onduidelijk is waarom de provincie de conclusies uit het rapport onvoldoende vindt.
Het beoogde tracé loopt dwars door het centrum van Ridderkerk. Ontwikkelingen staan hierdoor voor de komende jaren op slot. Dit treft met name eigenaren van gebouwen die op of zeer dicht bij het tracé staan. In bijlage 1 van de brief is de impact verwoord van het tracé op ontwikkelingen in het gebied.
Voor een buslijn is deze ingrijpende ruimtereservering niet nodig, omdat er geen doorstromingsproblemen zijn en de huidige infrastructuur prima geschikt is voor een HOV-bus. Als de provincie eraan hecht om een railverbinding mogelijk te blijven maken, dan is de Rotterdamseweg daarvoor het beste optie.
De OV-visie Rotterdam 2040 is nog niet vastgesteld. Maar de lijn en de inhoud van de visie zijn al wel duidelijk. Een tramverbinding met Ridderkerk wordt daarin niet realistisch meer geacht.
De gemeente verzoekt dringend de ruimtelijke reservering te laten vervallen.
Beantwoording A14-1
De provincie Zuid-Holland hecht aan een zorgvuldig proces. Een ruimtelijke reservering die eenmaal is geschrapt is zo goed als onmogelijk opnieuw in te stellen als deze is vervallen. Volgens de verkenning van Goudappel Coffeng is het ook mogelijk de ruimtelijke reservering te benutten voor een busbaan, in plaats van een tramtracé. De provincie vindt de verkenning van Goudappel Coffeng slechts een eerste studie in een proces waarin nog nadere keuzes over de toekomst van het openbaar vervoer tussen Rotterdam en Drechtsteden moeten worden gemaakt. Op basis van deze verkenning is het nog te vroeg om de ruimtelijke reservering te laten vervallen.
Als de ruimtelijke reservering voor een busbaan zou worden gebruikt, zouden bussen hierdoor sneller kunnen rijden via een directere route, wat positief kan uitvallen op het busnetwerk. Dit heeft dus niet uitsluitend te maken met doorstromingsproblematiek in Ridderkerk.
Dat op dit moment bij de MRDH geen middelen zijn gereserveerd voor businfrastructuur en dat er nu geen plannen voor zijn, wil niet zeggen dat die er in de toekomst niet zouden kunnen komen. Een ruimtelijke reservering heeft immers een lange horizon.
De ruimtelijke reservering heeft ook gevolgen voor andere ontwikkelingen die de gemeente nastreeft op de route van het tracé. Over de ruimtelijke impact blijken de meningen te verschillen. De verschillende vervoerskundige en ruimtelijke belangen afwegend zijn wij van mening dat de ruimtelijke reservering op dit moment niet kan worden geschrapt. Wij gaan graag in op het aanbod van de MRDH om samen met hen, de RET en Qbuzz te komen tot concrete afspraken over het openbaar vervoer in en rond Ridderkerk.
Algemeen: de herziening ziet niet op het deel mobiliteit omdat de VRM recent is (2014) en het programma in uitvoering.