Regionaal

App helpt ziekenhuispersoneel om te gaan met grensoverschrijdend gedrag

Een kwetsende opmerking, een ongewenste arm om de schouder, of een patroon van pesten of discriminatie: grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer kent vele vormen. Daardoor bestaat er geen pasklare reactie voor degene die het overkomt. De app #zouikwatzeggen helpt medewerkers van het Albert Schweitzer ziekenhuis sinds deze week op weg bij het kiezen van een passende vervolgactie nadat een verbale, non-verbale of fysieke grens is overschreden.

Iedere medewerker kan de app downloaden en deze raadplegen wanneer hij of zij op het werk de dupe is van grensoverschrijdend gedrag, of het heeft zien gebeuren tussen anderen, of zelf is aangesproken op een gedraging. De app biedt onder meer tips voor een adequate eerste reactie en geeft handvatten voor het zoeken van steun bij een andere persoon of voor een gesprek met de betrokkene. Vanuit de app kan ook direct, desgewenst anoniem, een melding worden gemaakt bij een interne vertrouwenspersoon.

Het instellen van de app is een van de maatregelen uit een breder actieplan in het Albert Schweitzer ziekenhuis, genaamd ‘We trekken een grens’. Bestuursvoorzitter Peter van der Meer: “Al jaren duiken van tijd tot tijd voorbeelden op uit verschillende sectoren van machtsmisbruik, intimidatie of ongewenste intimiteiten. Uit eigen onderzoek weten we dat ook onze medewerkers dingen meemaken die over de grens gaan. Wij zijn nu eenmaal een afspiegeling van de samenleving. In de zorg werk je vaak schouder aan schouder, soms in intensieve en indrukwekkende situaties en in afhankelijkheidsrelaties. Dan kunnen grenzen vervagen en dat moet niet. De onthullingen rondom wangedrag bij het tv-programma The Voice waren voor ons de druppel om een strakkere lijn uit te gaan zetten, vanuit onze zorgplicht voor medewerkers.”

Het actieplan is tot stand gekomen in nauw overleg tussen de Raad van Bestuur, het Medisch Specialisten Bestuur, de Ondernemingsraad, het Verpleegkundig Stafbestuur en de Cliëntenraad van het ziekenhuis. “Echt teamwork dus”, zegt Van der Meer. “Dat geeft aan dat we het allemaal bloedserieus nemen en onszelf duidelijke doelen hebben gesteld. Natuurlijk staat voorop dat we ongewenst gedrag in al z’n vormen willen terugdringen. Maar het gaat ook om het stimuleren van melden en om het bespreekbaar maken. En uiteraard, als bewezen wordt dat bepaald gedrag niet door de beugel kon, dan geldt er een zero-tolerancebeleid.” Andere maatregelen zijn onder meer het aanscherpen van protocollen en het instellen of intensiveren van de inzet van vertrouwenspersonen, peer support, mentoren/coaches, dialoogtafels, steun aan kwetsbare groepen en verplichte trainingen.

Voorzitter van de Ondernemingsraad Manuel Langendoen: “Uit een enquête die wij vorig jaar hielden onder medewerkers bleek dat een kwart van de ruim 500 invullers weleens grensoverschrijdend gedrag heeft meegemaakt of gezien. Maar van die groep heeft meer dan tweederde daar geen melding van gemaakt. Natuurlijk kan het zo zijn dat de pleger er meteen op is aangesproken, maar vaak werd misplaatst of intimiderend gedrag ook een beetje goedgepraat: het was vast niet zo bedoeld, het viel eigenlijk wel mee, het kwam misschien door eigen toedoen. Daarmee houd je gedrag in stand. We hopen dat de app eraan bijdraagt dat meer collega’s actie gaan ondernemen.”

De app #zouikwatzeggen is ontwikkeld in het Amsterdam UMC en wordt ook gebruikt in het Erasmus MC. Van der Meer: “Wij zijn het eerste niet-academische ziekenhuis waarvoor de app op maat is aangepast door de maker, Frismedia. Daar ben ik best trots op. Wij gaan het effect van de app en van de andere maatregelen nauwgezet monitoren en bespreken. De app registreert zelf niets, dus de inhoud van meldingen zien wij niet en de melder blijft anoniem, behalve voor de vertrouwenspersoon die de melder bijstaat en adviseert. Onze vertrouwenspersonen kunnen ons wel wijzen op trends en op eventuele ernstige incidenten waarop ingegrepen moet worden. Daarnaast hoop ik vooral dat de app onze medewerkers er bewuster van maakt dat bepaalde gedragingen niet geaccepteerd hoeven te worden én dat collega’s hun eigen gedrag kritischer gaan bekijken.”