Regionaal

Opnieuw woninginbraak? Goede beveiliging werkt!

Ruim een vijfde van de slachtoffers van woninginbraak was binnen een jaar opnieuw doelwit van inbrekers. Vooral in stedelijke gemeenten kregen inwoners vaker dan één keer te maken met woninginbraak. Dat blijkt uit nieuwe analyses van de Veiligheidsmonitor 2017 door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), die donderdag 14 maart 2019 zijn gepubliceerd.

“Inbraak is nooit voor 100% te voorkomen, maar goede beveiligingsmaatregelen verkleinen de kans tot wel 90%”, zegt Susanne Schat, adviseur Politiekeurmerk Veilig Wonen (PKVW) en woninginbraken bij het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (het CCV). “Het is voor inbrekers heel lastig om een woning die is beveiligd volgens de PKVW-eisen – met onder meer gecertificeerd hang-en-sluitwerk en goede buitenverlichting – binnen te komen.’’

Van de mensen die meer dan 1 keer slachtoffer zijn geweest van inbraak acht 61% de kans groot dat dat opnieuw gebeurt, blijkt uit de analyse van het CBS. Zij voelen zich ook vaak onveilig in hun eigen buurt.

Extra veiligheidssloten

Het grootste deel van de bevolking heeft maatregelen getroffen om hun woning tegen inbrekers te beschermen, aldus het CBS. Zo heeft ruim driekwart buitenverlichting en 65% extra veiligheidssloten aangeschaft. Slachtoffers van woninginbraak hebben doorgaans vaker preventiemaatregelen getroffen dan mensen die daar geen recente ervaring mee hebben. Ze hebben vooral vaker een alarminstallatie of extra veiligheidssloten. Herhaalde slachtoffers kiezen vaker voor een alarminstallatie of rolluiken.

Houd inbrekers buiten!

“Doel is om inbrekers buiten te houden”, zegt Schat. “Alarminstallaties en rolluiken zijn prima als aanvullende maatregelen en om het veiligheidsgevoel te vergroten. Maar op het gebied van preventie zijn ze minder effectief en daarom ook niet in het PKVW-eisenpakket opgenomen. Rolluiken zijn overdag vaak open en relatief makkelijk open te breken. En een alarm gaat pas af als de inbreker al binnen is.’’